zondag 15 september 2013

Wie speelt waar?

De eerste wedstrijden zitten er op. Speelt iedereen op de juiste plek? Soms is het even puzzelen. Kijk eens naar onderstaande of je jezelf herkent in de eigenschappen bij de positie waarop je speelt.

Taken van de spelers

Eigenschappen
Taak bij balbezit
Taak bij niet-balbezit
Keeper


  • Moedig
  • Motorisch rustig en beheerst
  • Zelfverzekerd
  • Concentratievermogen
  • Goede stickvaardigheid met één hand
  • Concentreren op de bal en spel
  • Wegwerken uit de cirkel
  • Ontspannen, maar blijven bewegen
  • Organisatie van de verdediging
  • Bespelen van de cirkel en verdedigen van de doellijn
  • Verwerken van dieptepasses en geven van rugdekking
  • Organisatie bij hoekslagen
Laatse man


  • Goed loopvermogen
  • Goede slag- en stoptechniek
  • Sober spelen
  • Resoluut
  • Goed functioneren onder druk
  • In het spel brengen van de bal; uitslaan 
  • Dirigent bij het uitverdedigen
  • Spreiden van het spel
  • Organisatie van de verdediging
  • Afstoppen en opruimen
  • Dekt de vrije ruimte
  • Overnemen van doorgebroken tegenstander (rugdekking)
Voorstopper


  • Fysiek sterk
  • Sterk in de 1:1 duels
  • Zeer konsekwent mandekking kunnen spelen
  • Goede tackle back
  • Aanbieden bij het uitverdedigen
  • Aansluiten bij middenveld
  • Taak van laatste man overnemen, als dezenaar voren gaat
  • Mandekking centrumspits
  • Leiding geven bij het overnemen van mandekking
  • Passes onderscheppen
  • Tegenstander dwingen tot breedtespel
Linker- en rechterverdediger

  • Grote sprintsnelheid
  • Anticiperen en timing bij onderscheppen van bal
  • Snel kunnen opkomen en teruggaan
  • Vaste taak bij uitverdedigen
  • Nemen van uitballen
  • Opkomen
  • In ‘balkant’-situatie aansluiten bij de middenlinie
  • Zeer konsekwente mandekking op de rechter- en linker-spits op eigen helft
  • Tegenstander buitenom dwingen
Taken van de spelers vervolg

Eigenschappen
Taak bij balbezit
Taak bij niet-balbezit

Midden-midden



  • Conditioneel sterk
  • Zeer goed spelinzicht
  • Een bal vast kunnenhouden
  • Kunnen aanvallen en verdedigen
  • Snel met de bal
  • Sterk in combinaties
  • Spel verdelen
  • Spreiden tussen breed en diep
  • Altijd aanspeelbaar zijn
  • Tussenstation voor het hele team
  • Aansluiten achter de bal
  • Neemt strafballen en vrije slagen
  • Onderscheppen en breken van aanvals-opbouw tegenstander
  • Afstoppen van opkomende tegenstander door het centrum
  • Tegenstander dwingen tot breedtespel
Rechts- en links-midden

  • Conditioneel sterk
  • Kunnen aanvallen en verdedigen
  • Zowel ruimte- als mandekking kunnen geven
  • Bal kunnen vasthouden
  • Kunnen versnellen en vertragen
  • Goed spelinzicht
  • Schakelen in de aanvalsopbouw
  • Opkomen
  • Soms solo-acties
  • Aanbieden bij uitverdedigen
  • Scoren
  • Ruimtedekking toepassen
  • Als nodig mandekking op links- en rechts-midden
  • Bal onderscheppen en breken van de aanvalsopbouw
Linker- en rechter-spits


  • Sprintvermogen
  • Goede passeertechnieken
  • Technisch handig. Linkerspits vooral met de backhand
  • Goed schot en voorzet
  • Goed in combinaties
  • Aanbieden bij spelopbouw
  • Speelveld breed houden
  • Solo acties en rebound acties
  • Initiatief en risico’s nemen
  • Voorzetten
  • Vanaf niet-balkant inkomen in cirkel, aannemen en scoren
  • Afstoppen van opkomende verdediger
  • Jagen en storen
  • Breken van spelopbouw. Afdekken van afspeellijnen
  • De linkerspits komt heel ver terug meeverdedigen
Centrumspits


  • Sprintvermogen
  • Schotvaardig in alle standen
  • Fysiek sterk, dreigend
  • Bal aannemen in dekking
  • Goede passeertechnieken
  • Enorme scorings drift
  • Vrijlopen, gaten trekken, verdediging dolmaken
  • Schieten, altijd schieten vanuit alle posities
  • Solo acties en rebound acties
  • Afstoppen van opkomende voorstopper en laatste man
  • Jagen en storen
  • Breken van spelopbouw.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten